Weven met baksteen
De samenhang in het aanzicht van het gebouw is gewaarborgd door de gevel van het volledige gebouw te metselen met dezelfde rode, gemêleerde baksteen. De kloeke keramische gevel, met grote opgedeelde kozijnen, refereert aan de industriële gebouwen die Cuijk rijk is, zoals de oude sigarenfabriek. Ook de gevel van de passage, met het ‘eigenwijze’ platte dak, is vervaardigd uit hetzelfde type baksteen. Door een deel van de stenen staand te verwerken en ze iets buiten het vlak te laten steken is een sierlijk reliëf gevormd. Het patroon verwijst naar de compositie van de schuine daken en geeft diepte aan de gevel, zodat het op echt breiwerk lijkt. Dit effect wordt nog versterkt doordat de bakstenen in lichte kleur zijn gekeimd. De bijzondere patronen van metselwerk zijn niet alleen in de buitengevel van de passage terug te vinden, maar lopen door van buiten naar binnen.
De gemetselde binnengevel van de passage is voorzien van een uniek keramisch kunstwerk. Het is het resultaat van de deelname van Dana Ponec en kunstenares Eva Crebolder aan het ‘Combined Residencies’ project bij het .ekwc (Europees Keramisch Werkcentrum) in 2008. Ponec: ‘Omdat de passage de geleidelijke overgang vormt van buiten naar binnen, verdient de aankleding ervan extra aandacht: het is stedelijk interieur. Speciaal hiervoor hebben we in het .ekwc in Den Bosch vier verschillende wit geglazuurde reliëfstenen ontwikkeld. In de passage zijn deze stenen gemetseld in een patroon dat als het ware een wandkleed vormt. Dit reliëf komt nog beter tot z’n recht doordat het metselwerk eromheen wit is afgewerkt met een mineraalverf van Keim.’