Groene hoofdstructuur
Ja, de plannen zijn in eigen beheer ontwikkeld, maar niet zonder support. Vier keer per jaar was er overleg met de stads-, spoor- en rijksbouwmeester. Alleen als iedereen achter de plannen stond, werden ze uitgevoerd. De groene lanen vormden een van de elementen waarover iedereen het eens was. Breda kent veel groene lanen en die traditie is doorgezet. Voor de groene hoofdstructuur werden 385 zomerlindes geplant.”
Beleving voor de voetganger
De Willemstraat verbindt het station, Park Valkenberg en de binnenstad. De voetganger staat centraal, zodat die comfortabel en veilig van en naar het station kan wandelen. In het ontwerp is een brede middenloper aangebracht waar ondernemers terrassen kunnen plaatsen. Een zware bomenlaan versterkt het verblijfsklimaat en zorgt voor verkoeling. Interessant is het dynamische lichtbeeld in de staat; ’s nachts bijvoorbeeld wordt het maanlicht nagebootst en we kunnen spelen met lichtaccenten. Het biedt extra beleving.
Nieuwe elan
De Meerten Verhoffstraat en de Emmastraat hebben meer het karakter van een woonstraat, met voldoende ruimte voor parkeren. Deze straten zijn ook de toegang naar het Stationsplein en representeren daarmee het nieuwe elan van de Spoorbuurt. De Spoorbuurt blijft bereikbaar voor automobilisten en er zijn parkeerplaatsen voor bewoners, ondernemers en bezoekers.”
Award beste Openbare Ruimte
De Willemstraat werd in 2017 winnaar van de Falco Award Beste Openbare Ruimte. Uit het juryrapport: “Een vanzelfsprekend onderdeel van de noord-zuid verbinding. Een beloning voor de lange termijn visie van de gemeente Breda, om op grote schaal openbare ruimte fundamenteel te verbeteren. Je loopt er bijna aan voorbij, maar het voelt prettig. Dat is waar je als ontwerper naar streeft. Het is een hoogwaardige voetgangersroute geworden die zich met een klassieke indeling en moderne detaillering voegt in de context van de 19e-eeuwse spoorbuurt. Een voorbeeld van een tijdloos plan, op contentieuze wijze uitgevoerd door gemeentelijke ontwerpers. Daarin toont Breda zich eigengereid in een periode dat er voor ruimtelijke ontwerp-expertise en vakmanschap in de uitvoering in veel gemeentelijke organisaties geen plaats meer is.”